Stoptrein: verschil tussen versies
k (→Bijnamen) |
k |
||
Regel 3: | Regel 3: | ||
Sinds 2003 zijn een aantal stoptreinen in de Randstad veranderd naar [[Sprinter|Sprinters]], dit zijn eigenlijk ook stoptreinen, maar onderscheiden zich door de materieelinzet. | Sinds 2003 zijn een aantal stoptreinen in de Randstad veranderd naar [[Sprinter|Sprinters]], dit zijn eigenlijk ook stoptreinen, maar onderscheiden zich door de materieelinzet. | ||
− | Sinds dienstregeling 2012 gebruikt de NS voor al haar stoptreinseries de naam Sprinter. De overige spoorvervoerders zullen de term 'stoptrein' vooralsnog | + | Sinds dienstregeling 2012 gebruikt de NS voor al haar stoptreinseries de naam Sprinter. De overige spoorvervoerders zullen de term 'stoptrein' vooralsnog blijven gebruiken. |
In andere landen worden de stoptreinen verschillend aangeduid: in België wordt de term '''Lokaaltrein''' (L) gebruikt, in Duitsland '''Regionalbahn''' (RB). | In andere landen worden de stoptreinen verschillend aangeduid: in België wordt de term '''Lokaaltrein''' (L) gebruikt, in Duitsland '''Regionalbahn''' (RB). |
Versie van 10 apr 2015 om 17:59
Een stoptrein is een trein die in principe op alle stations langs een traject stopt. Stoptreinen zijn bedoeld voor vervoer over korte afstanden: vaak dienen ze als aanvoer voor intercity's op de grotere stations. De stoptrein was één van de drie treinen van het drietreinensysteem.
Sinds 2003 zijn een aantal stoptreinen in de Randstad veranderd naar Sprinters, dit zijn eigenlijk ook stoptreinen, maar onderscheiden zich door de materieelinzet.
Sinds dienstregeling 2012 gebruikt de NS voor al haar stoptreinseries de naam Sprinter. De overige spoorvervoerders zullen de term 'stoptrein' vooralsnog blijven gebruiken.
In andere landen worden de stoptreinen verschillend aangeduid: in België wordt de term Lokaaltrein (L) gebruikt, in Duitsland Regionalbahn (RB).
Inhoud
Uitzonderingen
In sommige gevallen stopt een stoptrein niet op alle stations. De redenen hiervoor zijn verschillend; maar vaak ontstaan dergelijke situaties door krapte in de dienstregeling waardoor er geen tijd is om te halteren op een station. Een voorbeeld is de 31100 die niet in Arnhem Zuid stopt.
Uitlopers van intercitytrajecten
Enkele intercity's rijden op het laatste deel van hun traject als stoptrein. Voorbeelden hiervan zijn de 3000 (Alkmaar - Den Helder), de 12700 (Zwolle - Leeuwarden) en de 2600 (Bergen op Zoom - Vlissingen). Sinds de dienstregeling 2007 komt dit vaker voor.
Materieelinzet
Stoptreinen worden voornamelijk gereden met:
- DDAR (NS)
- DM '90 (NS)
- GTW (Arriva, Breng, Connexxion en Veolia Transport)
- Lint (Syntus)
- Plan V (NS)
- Protos (Connexxion)
- SGMm/SGM-II (NS)
- SLT (NS)
Andere inzetten zijn natuurlijk mogelijk, zo rijdt de 9100 deels met ICM.
Bijnamen
Stoptreinen worden in de volksmond ook Stoppers, Sprinters of een Boemeltje genoemd.
Huidige stoptreinseries in Nederland
Zie voor de sprinterseries van de NS: Sprinter (treinsoort)