Concessie: verschil tussen versies
(Qliner Lelystad - Groningen rijdt niet meer) |
(→Zie ook) |
||
(4 tussenliggende versies door 3 gebruikers niet weergegeven) | |||
Regel 1: | Regel 1: | ||
− | |||
In het openbaar vervoer is een '''concessie''' een pakket van lijnen en andere vervoersdiensten die een [[:categorie:OV-autoriteit|OV-autoriteit]] onder bepaalde voorwaarden exclusief aan een [[Vervoerders|vervoerder]] toekent. | In het openbaar vervoer is een '''concessie''' een pakket van lijnen en andere vervoersdiensten die een [[:categorie:OV-autoriteit|OV-autoriteit]] onder bepaalde voorwaarden exclusief aan een [[Vervoerders|vervoerder]] toekent. | ||
− | In het Nederlandse [[openbaar vervoer]] worden sinds de invoering van de Wet personenvervoer 2000 de meeste concessies openbaar aanbesteed. Een concessie geeft de vervoersmaatschappij het exclusieve, maar tijdelijke recht op het verrichten van openbaar vervoer binnen een bepaald gebied of op een bepaalde verbinding. Directe concurrentie in het gebied, zoals in het Verenigd Koninkrijk, is hierdoor niet mogelijk. | + | === Aanbesteding === |
+ | In het Nederlandse [[openbaar vervoer]] worden sinds de invoering van de Wet personenvervoer 2000 de meeste concessies openbaar aanbesteed. Een concessie geeft de vervoersmaatschappij het exclusieve, maar tijdelijke recht op het verrichten van openbaar vervoer binnen een bepaald gebied of op een bepaalde verbinding. Directe concurrentie in het gebied, zoals in het Verenigd Koninkrijk, is hierdoor niet mogelijk. | ||
+ | |||
+ | === Concessieduur === | ||
Een concessie wordt altijd verleend voor een bepaalde periode, variërend van soms maar een paar jaar tot langere perioden van 10 tot 15 jaar. Aan het eind van deze periode kan de concessie soms nog verlengd worden, zo niet dan wordt de concessie opnieuw openbaar aanbesteed. | Een concessie wordt altijd verleend voor een bepaalde periode, variërend van soms maar een paar jaar tot langere perioden van 10 tot 15 jaar. Aan het eind van deze periode kan de concessie soms nog verlengd worden, zo niet dan wordt de concessie opnieuw openbaar aanbesteed. | ||
− | Er zijn verschillende soorten concessies, te weten gebieds- en lijnconcessies. Daarnaast is de breedte ook verschillend, er bestaan namelijk concessies in Nederland, die zowel het regionale busvervoer als het treinvervoer omvatten. Dit houdt in dat de desbetreffende vervoerder al het trein- en busvervoer in dat gebied verzorgt, bijvoorbeeld de [[ | + | === Types === |
+ | Er zijn verschillende soorten concessies, te weten gebieds- en lijnconcessies. Daarnaast is de breedte ook verschillend, er bestaan namelijk concessies in Nederland, die zowel het regionale busvervoer als het treinvervoer omvatten. Dit houdt in dat de desbetreffende vervoerder al het trein- en busvervoer in dat gebied verzorgt, bijvoorbeeld de [[MerwedeLingelijn]] die bij de DAV-busconcessie hoort. | ||
− | ===Gebiedsconcessies=== | + | === Gebiedsconcessies === |
De meest voorkomende concessie is een gebiedsconcessie. In deze concessie verzorgt de vervoerder in een bepaald gebied het regionale en/of lokale busvervoer. De vervoerder dient het vervoer af te stemmen met de dienstregeling van de NS en met die van de vervoerders van nabijgelegen concessies. Het kan voorkomen dat twee aangrenzende concessies verzorgd worden door dezelfde vervoerder, maar dit hoeft niet altijd. Onafhankelijk van dat feit moeten de aansluitingen van beide concessies zo goed mogelijk zijn en bovendien moet een concessie ook altijd de lijndiensten van omliggende concessies toestaan zodra deze de eigen concessie binnenrijden (bijvoorbeeld naar een station waar lijnen van meerdere concessies bijeenkomen), zoals in [[Heerenveen]]. | De meest voorkomende concessie is een gebiedsconcessie. In deze concessie verzorgt de vervoerder in een bepaald gebied het regionale en/of lokale busvervoer. De vervoerder dient het vervoer af te stemmen met de dienstregeling van de NS en met die van de vervoerders van nabijgelegen concessies. Het kan voorkomen dat twee aangrenzende concessies verzorgd worden door dezelfde vervoerder, maar dit hoeft niet altijd. Onafhankelijk van dat feit moeten de aansluitingen van beide concessies zo goed mogelijk zijn en bovendien moet een concessie ook altijd de lijndiensten van omliggende concessies toestaan zodra deze de eigen concessie binnenrijden (bijvoorbeeld naar een station waar lijnen van meerdere concessies bijeenkomen), zoals in [[Heerenveen]]. | ||
De omvang van een concessie kan op verschillende manieren beoordeeld worden. Bijvoorbeeld door te kijken naar de hoeveelheid dienstregelinguren, instappers, reizigerskilometers of de omzet (totaal of exploitatiebijdrage overheid). | De omvang van een concessie kan op verschillende manieren beoordeeld worden. Bijvoorbeeld door te kijken naar de hoeveelheid dienstregelinguren, instappers, reizigerskilometers of de omzet (totaal of exploitatiebijdrage overheid). | ||
− | ===Lijnconcessies=== | + | === Lijnconcessies === |
Lange, hoogwaardige en snelle busroutes vallen in veel gevallen onder een aparte concessie. Een voorbeeld hiervan is de de [[Concessie HOV Groningen-Drenthe]]. Ook is een aantal treindiensten apart aanbesteed, zoals de [[Noordelijke Nevenlijnen]]. | Lange, hoogwaardige en snelle busroutes vallen in veel gevallen onder een aparte concessie. Een voorbeeld hiervan is de de [[Concessie HOV Groningen-Drenthe]]. Ook is een aantal treindiensten apart aanbesteed, zoals de [[Noordelijke Nevenlijnen]]. | ||
− | ===Niet openbaar aanbesteed=== | + | === Niet openbaar aanbesteed === |
Een paar concessies in Nederland zijn nog niet openbaar aanbesteed, zoals de concessies voor het vervoer in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag (onderhands gegund aan de stadsvervoerbedrijven), en de concessie voor het [[hoofdrailnet]] (onderhands gegund aan [[NS]]). Of deze concessies in de toekomst wel openbaar aanbesteed gaan worden is nog niet duidelijk. | Een paar concessies in Nederland zijn nog niet openbaar aanbesteed, zoals de concessies voor het vervoer in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag (onderhands gegund aan de stadsvervoerbedrijven), en de concessie voor het [[hoofdrailnet]] (onderhands gegund aan [[NS]]). Of deze concessies in de toekomst wel openbaar aanbesteed gaan worden is nog niet duidelijk. | ||
− | Zie voor een beschrijving van de | + | === Zie ook === |
+ | *[[Concessietabel]] voor een beschrijving van de concessiegebieden en lijnconcessies in Nederland. | ||
+ | *[[Concessiekaart]] voor een aanklikbare kaart met de huidige concessiegebieden in Nederland. | ||
[[Categorie:Concessie|#]] | [[Categorie:Concessie|#]] | ||
Regel 26: | Regel 31: | ||
[[Categorie:Spoorwegterminologie]] | [[Categorie:Spoorwegterminologie]] | ||
[[Categorie:Tramterminologie]] | [[Categorie:Tramterminologie]] | ||
+ | [[Categorie:Naslagwerk]] |
Huidige versie van 9 dec 2024 om 15:02
In het openbaar vervoer is een concessie een pakket van lijnen en andere vervoersdiensten die een OV-autoriteit onder bepaalde voorwaarden exclusief aan een vervoerder toekent.
Inhoud
Aanbesteding
In het Nederlandse openbaar vervoer worden sinds de invoering van de Wet personenvervoer 2000 de meeste concessies openbaar aanbesteed. Een concessie geeft de vervoersmaatschappij het exclusieve, maar tijdelijke recht op het verrichten van openbaar vervoer binnen een bepaald gebied of op een bepaalde verbinding. Directe concurrentie in het gebied, zoals in het Verenigd Koninkrijk, is hierdoor niet mogelijk.
Concessieduur
Een concessie wordt altijd verleend voor een bepaalde periode, variërend van soms maar een paar jaar tot langere perioden van 10 tot 15 jaar. Aan het eind van deze periode kan de concessie soms nog verlengd worden, zo niet dan wordt de concessie opnieuw openbaar aanbesteed.
Types
Er zijn verschillende soorten concessies, te weten gebieds- en lijnconcessies. Daarnaast is de breedte ook verschillend, er bestaan namelijk concessies in Nederland, die zowel het regionale busvervoer als het treinvervoer omvatten. Dit houdt in dat de desbetreffende vervoerder al het trein- en busvervoer in dat gebied verzorgt, bijvoorbeeld de MerwedeLingelijn die bij de DAV-busconcessie hoort.
Gebiedsconcessies
De meest voorkomende concessie is een gebiedsconcessie. In deze concessie verzorgt de vervoerder in een bepaald gebied het regionale en/of lokale busvervoer. De vervoerder dient het vervoer af te stemmen met de dienstregeling van de NS en met die van de vervoerders van nabijgelegen concessies. Het kan voorkomen dat twee aangrenzende concessies verzorgd worden door dezelfde vervoerder, maar dit hoeft niet altijd. Onafhankelijk van dat feit moeten de aansluitingen van beide concessies zo goed mogelijk zijn en bovendien moet een concessie ook altijd de lijndiensten van omliggende concessies toestaan zodra deze de eigen concessie binnenrijden (bijvoorbeeld naar een station waar lijnen van meerdere concessies bijeenkomen), zoals in Heerenveen.
De omvang van een concessie kan op verschillende manieren beoordeeld worden. Bijvoorbeeld door te kijken naar de hoeveelheid dienstregelinguren, instappers, reizigerskilometers of de omzet (totaal of exploitatiebijdrage overheid).
Lijnconcessies
Lange, hoogwaardige en snelle busroutes vallen in veel gevallen onder een aparte concessie. Een voorbeeld hiervan is de de Concessie HOV Groningen-Drenthe. Ook is een aantal treindiensten apart aanbesteed, zoals de Noordelijke Nevenlijnen.
Niet openbaar aanbesteed
Een paar concessies in Nederland zijn nog niet openbaar aanbesteed, zoals de concessies voor het vervoer in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag (onderhands gegund aan de stadsvervoerbedrijven), en de concessie voor het hoofdrailnet (onderhands gegund aan NS). Of deze concessies in de toekomst wel openbaar aanbesteed gaan worden is nog niet duidelijk.
Zie ook
- Concessietabel voor een beschrijving van de concessiegebieden en lijnconcessies in Nederland.
- Concessiekaart voor een aanklikbare kaart met de huidige concessiegebieden in Nederland.